De opdrachtgevers wilden graag een volledig woonprogramma op de begane grond. We hebben daarom de ‘bouwenvelop’ maximaal ingevuld.
De basis van het woonhuis is een vierkant grondplan met aan de achterzijde een aanbouw voor een garage. De afmetingen van het vierkant had gevolgen voor de hoeveelheid daglicht die in het hart van het huis kan toetreden. Door de kap op de verdieping in een u-vorm uit te voeren, konden we in het hart van het vierkant een lichtstraat opnemen. Zo komt daglicht centraal de leefruimte op de begane grond binnen.
Van de maximale bebouwing hebben we diagonaal een deel weggesneden. Zo ontstond een terras aan de zon- en tuinzijde en opent het huis zich naar het licht en de tuin. Een deel van het weggesneden huis hebben we teruggebracht in de vorm van een glazen serre. Deze serre is de meest bijzondere plek in het huis. Het voelt hier niet alsof je binnen bent, maar ook niet alsof je buiten staat. De serre fungeert zo als een soort van scharnierpunt tussen het huis en de tuin, de plek waar binnen en buiten samenkomen.
Door de vorm, de materiaal- en kleurkeuze en de detaillering van de gevelelementen, sluit de voorgevel van het huis op eigentijdse wijze aan op het karakter van de lintbebouwing in het dorp. De kap van het huis zakt richting de serre stapsgewijs omlaag. Zo ontstaat er een geleidelijke overgang van de statige gevel aan de voorkant naar de serre aan de tuinkant, waar de gevel een meer menselijke maat heeft.
Dit huis laat zien dat ontwerpen een zoektocht is naar de juiste vormen, de juiste materialen en de manier waarop je verschillende elementen laat samenkomen. Goed gekozen details maken van een goed plan een beter plan. Ze kunnen een verrijking zijn van de gedachten achter het ontwerp. Goede details maken een gebouw echt ‘af’.